Er is een lange geschiedenis van bijdragen van amateurs aan wetenschappelijke kennis. Vaak ging het daarbij om observaties van verschijnselen in de natuur zoals weer- en sterrenkundige waarnemingen of flora- en faunatellingen.
Met de komst van internet ontstonden online projecten om te helpen zoeken naar patronen in bestaande dataverzamelingen, zoals bij het classificeren van sterrenstelsels in foto's van de Hubble-telescoop of zoeken naar een signaal van buitenaards leven in opnames van radiotelescopen. En om computerrekenkracht ter beschikking te stellen om eiwitstructuren te ontrafelen, priemgetallen te kraken of elementaire deeltjes te vinden in de data van CERN.
Meestal stond de bijdrage in dienst van het onderzoek van professionele wetenschappers aan universiteiten. Maar sinds een jaar of tien is er een nieuwe impuls ontstaan in burgerwetenschap, aangejaagd door de komst van betaalbare elektronica, om zelf klimaat, luchtkwaliteit, geluidsdruk en (veel) meer te meten. En met meetkastjes in achtertuinen en aan lantaarnpalen wordt geen bijdrage meer geleverd aan kennis over sterrenstelsels en elementaire deeltjes. Er wordt, in real time, lokale kennis vergaard over hitte, droogte en luchtkwaliteit. En daarmee begeeft burgerwetenschap zich steeds meer op beleidsterreinen van de lokale overheden.
In Amersfoort loopt sinds 2015 het project Meet je Stad, waar inwoners zelf meetapparatuur ontwikkelden om te meten aan luchtkwaliteit, bodemvocht en de gevolgen van klimaatverandering. Het project Hollandse Luchten stelde omwonenden van Tata Steel in staat om de luchtkwaliteit rond de hoogovens te monitoren en daarmee een politieke discussie te voeden. In Limburg meet mySense al 7 jaar emissies van megastallen, met steeds betere apparatuur. In eerste instantie alleen, later in samenwerking met de boeren. In de regio meet een initiatief in Zeist houtstook en in Leusden is ook een begin gemaakt met fijnstofmetingen. Al deze initiatieven vergaren informatie over de leefomgeving op talloze plekken waar overheden en wetenschappelijke instituten geen meetopstellingen hebben. De doe-het-zelf-metingen worden ook gestaag beter.
Eén probleempje: de meetgegevens worden nog amper gebruikt voor beleid. Dat ligt deels aan de ontstane wildgroei van dataformaten en meetmethodes waardoor de data van metende inwoners niet altijd vindbaar zijn, of vergelijkbaar met de gegevens die overheden gebruiken. Maar ook omdat metingen doen en data analyseren iets anders is dan mensen bereiken. Het delen van de technische details van een meetopstelling of een doorwrochte analyse van big data met andere nerds is iets anders dan het bereiken van buurtbewoners of de lokale poilitiek.
Enter journalistiek. Het werk van een journalist is bij uitstek om de essentie van een complexe realiteit te vinden en deze op een begrijpelijke manier te vertalen naar een breed publiek.
Op 1 juni organiseert de Stadsbron samen met Meet je Stad en Waag Futurelab een avond waarin de kruisbestuiving tussen burgerwetenschap en journalistiek wordt verkend. Het verhaal van een burgerwetenschapper wordt voorgelegd aan een journalist, een cartoonist en een verhalenverteller die er elk een vertaling en die aan het eind van de avond presenteren. Aan het publiek de vraag hoe de verschillende vormen overkomen.
Wil je getuige zijn van dit experiment en deelnemen aan de discussie achteraf? Kom dan op 1 juni naar De WAR. Aanmelden kan via waag.org/nl/event/stadskenners-meetup
Daar is ook de rest van het programma te vinden, onder meer een presentatie door VPRO's Argos over het project Thermo-staat en een beginnersworkshop datajournalistiek.