“Spijt heb ik zeker niet”. Aan het woord is Inge Brouwer over de beslissing - al enkele jaren geleden - haar kinderen aan te melden op een school in Kruiskamp die weinig populair was onder hoogopgeleide ouders: “Na een bezoek aan de school was de keuze snel gemaakt. Met name door de bevlogen directeur en het team. En bovendien vonden we het belangrijk om de kinderen in hun eigen buurt naar school te laten gaan.”
Lang niet alle kinderen gaan in hun eigen wijk naar school. In het Soesterkwartier fietsen dagelijks tientallen ouders de wijk uit, om hun kind naar een basisschool te brengen in bijvoorbeeld het Bergkwartier. Aan de andere kant zijn er in Amersfoort ook kleuters die geen plekje kunnen krijgen op de buurtschool die de ouders het liefste willen. Twee totaal verschillende situaties, die beiden kunnen duiden op één fenomeen: onderwijssegregatie.
Illustratie door danibal.nl
Onderwijssegregatie is al enkele jaren een groeiend probleem in Nederland, volgens de Onderwijsinspectie. In 2018 concludeerde de inspectie in haar jaarlijks rapport dat er in het Nederlandse onderwijs “bubbels van gelijkgestemden” ontstaan. Waar voorheen zorgen waren over segregatie op basis van etniciteit, ontstaan de onderwijsbubbels nu vooral op basis van sociaal-economische status. Zo kiezen vaak vooral hoogopgeleide ouders voor bijvoorbeeld de vrije school.
Centraal aanmeldbeleid
Ook in Amersfoort speelt schoolsegregatie een rol. Dit blijkt uit een rapport van de inspectie uit 2020. Dit komt doordat ouders de voorkeur geven aan bepaalde populaire scholen, zoals een montessorischool. Maar er speelt meer: DENK, GroenLinks en D66 ontvingen in de laatste twee jaar signalen dat sommige scholen zich niet houden aan de regelgeving voor aanmeldingen. Op deze scholen werden kinderen in plaats van op de wettelijke leeftijd van 3 jaar, al eerder ingeschreven. Waardoor andere kinderen geen plek meer konden krijgen.
In Amsterdam, Nijmegen en Utrecht wordt - om segregatie tegen te gaan - gewerkt met een centraal aanmeldbeleid voor basisscholen. Ouders melden hun kind via een centraal systeem aan bij de school van hun voorkeur. Omdat het systeem ieder kind volgens dezelfde regels indeelt, heeft elk kind een gelijke kans op een plekje.
Toch zijn niet alle partijen in Amersfoort enthousiast over het invoeren van een centraal aanmeldbeleid. Waarom zijn sommige partijen voor, en anderen juist tegen een centraal aanmeldbeleid? En is een centraal aanmeldbeleid een goed idee voor Amersfoort?
Standpunten
Een rondvraag langs de partijen leert dat GroenLinks, DENK, de SP en de Partij voor de Dieren voor een centraal aanmeldbeleid zijn. Om onderwijssegregatie tegen te gaan. En om ervoor te zorgen dat kinderen een gelijke kans krijgen binnen te komen bij hun school van keuze. “Een centraal aanmeldpunt kan het toezicht op de aanmeldingen voor basisscholen faciliteren. Dit ondersteunt gelijke kansen voor elk kind”, zegt Judith van Zon (SP).
Maar de VVD, ChristenUnie en Amersfoort2014 zijn geen voorstanders van een centraal systeem. Amersfoort2014 heeft vooral bezwaar tegen de bureaucratie van een dergelijk aanmeldsysteem. Het geld dat hiervoor nodig is wil de partij liever op een andere manier in het onderwijs investeren. Voor de ChristenUnie en VVD staat de keuzevrijheid van ouders voorop. VVD woordvoerder Thom Kraanen: “Ouders moeten kunnen kiezen voor een school die ze fijn vinden.” Voor de VVD speelt bovendien mee dat het zorgen dat scholen een afspiegeling van de samenleving zijn geen doel op zich moet worden. Amersfoort2014 vindt dat het met de onderwijssegregatie in Amersfoort meevalt.
D66, Lijst Sanders en PvdA zijn minder uitgesproken in hun keuze voor of tegen een centraal aanmeldbeleid. Deze partijen dienen - op initiatief van DENK - en samen met GroenLinks en Lijst Molenkamp een motie in. De motie verzoekt het college te laten onderzoeken 'op welke wijze het aanmeldbeleid in Amersfoort eerlijker en transparanter kan worden vormgegeven’.
De motivatie om op te roepen tot dit onderzoek verschilt. Lijst Sanders vind de keuzevrijheid van ouders belangrijk, en wil beter begrijpen wat de eventuele gevolgen zijn van een centraal aanmeldsysteem voor deze keuzevrijheid. Voor de PvdA staat voorop dat er wat gedaan moet worden tegen kansenongelijkheid in het onderwijs. Volgens de partij is er geen simpele oplossing voor dit probleem. Maar een centraal aanmeldsysteem is een mogelijke (eerste) stap. Ook Marjolein Perdok van D66 ziet een centraal systeem als mogelijke optie. “We moeten ook naar andere oplossingen kijken. Het is wenselijk om op scholen een afspiegeling van de samenleving te hebben, maar met alleen centrale aanmelding kom je daar niet.”
“Het segregatievraagstuk los je er inderdaad niet helemaal mee op”, erkent Bram Leeuwenkamp van GroenLinks. “Maar het is wel onderdeel van de puzzel”. Daar is Guido Walraven van het Kenniscentrum Gemengde Scholen het mee eens: “Een centraal beleid organiseert een gelijk speelveld.” Het Kenniscentrum is opgericht op verzoek van het Ministerie van Onderwijs in 2007, en zet zich in om actuele kennis over kansengelijkheid en onderwijssegregatie te delen. “Je kunt het centrale aanmeldsysteem eerst uitproberen, en in de loop van de tijd nieuwe spelregels over segregatie toevoegen. In Nijmegen moet bijvoorbeeld de populatie op school een afspiegeling zijn van het opleidingsniveau in de wijk.”
Gertrude Abbring van stichting ABC gelooft niet dat centrale aanmelding een oplossing is voor onderwijssegregatie in Amersfoort. “Er is geen tekort aan plaatsen op scholen in Amersfoort. Dus ouders kunnen zich gewoon blijven aanmelden bij bijvoorbeeld bijzonder scholen buiten de wijk, zoals de Vrije School of een gereformeerde school. Ook met een centraal aanmeldsysteem.” Het ABC is een samenwerkingsverband waarin scholen, kinderopvang en welzijnsorganisaties samenwerken op wijkniveau om de ontwikkeling van kinderen te ondersteunen.
Alternatieve oplossingen
Een alternatieve oplossing om segregatie tegen te gaan is volgens LijstSanders en de VVD het verbeteren van het niveau van de scholen. Ook de ChristenUnie vindt dat scholen meer moeten investeren in hun eigen team en onderwijsconcept. Dat het onderwijsniveau niet voldoende zou zijn op sommige scholen klopt volgens Abbring van ABC niet: “Er zijn geen slechte scholen in Amersfoort. Er wordt overal goed onderwijs gegeven. De onderwijsinspectie heeft geen enkele basisschool in Amersfoort met een onvoldoende beoordeeld.”
De Zonneparel in Liendert (bron: obsdewijdewereld.nl)
Wat moet er dan wel gebeuren tegen segregatie, naast eventueel een centraal aanmeldbeleid?
Volgens Abbring is het belangrijker dat de gemeente meer regie gaat nemen in het zorgen voor integrale kindcentra. “Als een minder populaire school ook kinderopvang in het gebouw aanbiedt, is de kans groter dat hogeropgeleide ouders hier hun kind naar de opvang brengen. En vanuit daar dat zij hun kinderen door laten stromen naar de basisschool. Het is bijvoorbeeld een gemiste kans dat er bij de Zonneparel in Liendert geen kinderopvang is toegevoegd.” Dit is een heikel punt, omdat de gemeente Amersfoort de regie voor huisvesting van scholen grotendeels bij de schoolbesturen heeft gelegd. Volgens Walraven speelt locatie ook vanuit een ander perspectief een rol. “Begin bij scholen waar de kansen groot zijn. Bijvoorbeeld door scholen die zich bevinden op de grens van twee wijken gemengd te krijgen.”
Zowel Abbring als Walraven zegt bovendien dat het belangrijk is dat scholen zichzelf positief kunnen profileren. Abbring: “In sommige wijken heeft ABC scholentochten georganiseerd. Hierdoor kwamen meer ouders bij scholen binnen die ze anders uit zichzelf niet snel zouden hebben bezocht.”
Ook Inge Brouwer kwam de school van haar kinderen binnen via een scholentocht: “Een bezoek aan een school is echt verhelderend. Je ziet hoe er met de kinderen om wordt gegaan. Ik zou elke ouder aanraden om gewoon de buurtschool binnen te lopen en te kijken of je je welkom voelt.”