tags:
1 reactie

Het stoft fijn in Amersfoorts achtertuin

door addy schuurman
12 maart 2021om 14:23u

In deze coronatijden wordt de Amersfoortse bevolking gevraagd ontspanning te zoeken dicht bij huis. De bossen van de Utrechtse Heuvelrug worden in de weekenden overspoeld met mountainbikers en (electrische) fietsers, met ‘nordic walkers’ en gewone wandelaars. Een aardig alternatief voor de drukke bossen is het coulissenlandschap van de Utrechtse c.q. Gelderse Vallei. Wijdse weidegebieden worden afgewisseld met boompartijen die herinneren aan een oud landgoed of een herenboerderij. Tussen Leusden en Renswoude zijn de wallen van de voormalige Grebbelinie opengesteld; zij vormen een paradijs voor de Amersfoortse recreant.

Hoe mooi is het eigenlijk in de achtertuin van Amersfoort? Over smaak valt niet te twisten. Maar er zijn ook harde – meetbare – gegevens, die aantonen dat die achtertuin ook rafelrandjes heeft. De Utrechtse en Gelderse Vallei behoren in sommige opzichten tot de meest vervuilde locaties van Nederland. Bijvoorbeeld op het gebied van fijnstof.

Duizenden mensen

Het is wellicht ten overvloede, maar toch even een beknopte uitleg. Fijnstof is een mengsel van microscopisch kleine vaste deeltjes die kleiner zijn dan 10 micrometer (éénduizendste centimeter). De deeltjes kunnen ernstige gezondheidsklachten veroorzaken. Onderzoek heeft aangetoond dat in Nederland elk jaar enige duizenden mensen iets eerder sterven (enkele dagen tot maanden) door kortdurende blootstelling aan hoge concentraties fijnstof. “Het gaat vooral om ouderen en mensen met hart-, vaat- of longaandoeningen”, aldus de website van het RIVM.
Veel van deze fijnstof is van natuurlijke oorsprong. De bodem produceert fijnstof; in Nederland is zelfs het zeezout een factor van belang. Daar kunnen we dus weinig aan doen. Waar wij wel invloed op hebben is de menselijke productie. Het verkeer is in deze een belangrijke factor, maar ook electriciteitsbedrijven en de agrarische sector zijn van belang. Fijnstof, het komt zelfs vrij wanneer je ’s avonds de houtkachel aansteekt, of in de zomer de barbecue. Om maar te zwijgen van oudjaar wanneer we massaal vuurwerk de lucht in schieten.

De afgelopen jaren is het fijnstofprobleem regelmatig in het nieuws geweest. De site van het Algemeen Dagblad/Amersfoortse Courant leert dat de krant de afgelopen paar jaar fijnstof vooral in verband bracht met het verkeer of houtkachels. Af en toe wordt ook een geitenstal in Noord-Brabant onder de loep genomen. Allemaal zeer terecht. Maar over een van de grootste brandhaarden van fijnstof – het Valleigebied – daarover blijft de krant opvallend stil.

canvas.png

Emissies van fijnstof in Nederland, 2019. Bron: https://www.atlasleefomgeving.nl/kaarten. De kaart is gemaakt door het RIVM (blauw is weinig, rood is veel emissie)

Het zwijgen is des te merkwaardiger omdat het Valleigebied tot de absolute hotspots van Nederland op het gebied van fijnstof behoort. Kaarten van het RIVM – te vinden op de site www.atlasleefomgeving.nl/kaarten – tonen dat Nederland slechts een beperkt aantal hoog-risicogebieden telt: het Hoogovengebied rond IJmuiden en Wijk aan Zee staat daar met stip in, evenals de Maasvlakte bij Rotterdam. Naast deze twee ‘hoogwaardige’ gebieden springen er twee agrarische regio’s uit: het oostelijk deel van Noord-Brabant – een enorm gebied met meerdere kernen – en een kleiner gebied, dat volgens de kaarten even hoge piekwaarden haalt: de Gelderse Vallei. Vooral in de gemeenten Barneveld en Ede loopt de vervuiling de spuigaten uit.

canvas gelderse vallei2.png
Emissies van fijnstof in de Utrechtse en Gelderse Vallei, 2019. Bron: https://www.atlasleefomgeving.nl/kaarten. De rode lijn is de provinciegrens, de zwarte lijnen zijn gemeentegrenzen. Amersfoort ligt linksboven in de kaart. Daar is het verkeer een belangrijke vervuiler, maar blijft de emissie ruim beneden de kritische grenswaarden.

Inzoomen op de kaart leert dat er slechts een beperkt aantal – zeven om precies te zijn – locaties zijn, die grotendeels verantwoordelijk zijn voor de hoge fijnstofconcentraties in de Vallei (de bruinrode vlekken op de kaart). Het gaat om de volgende locaties (de nummers zijn ook terug te vinden op de kaart): 1. ten westen van Voorthuizen, aan de Schoenlapperweg en de Akkerweg, 2. ten oosten van park De Schaffelaar in Barneveld, aan de Wesselseweg, 3. ten westen van de A30 bij Barneveld, tussen de Achterveldseweg en de Scherpenzeelseweg, 4. ten zuiden van Kootwijkerbroek, aan de Valkseweg, 5 ten noordoosten van Scherpenzeel, bij de Gooswilligen, 6. Nederwoud ten noordwesten van Lunteren en 7. ten westen van Lunteren, aan de Postweg en de Loenhorsterweg.

Dit zijn geen gebieden met uitzonderlijk veel houtkachels en barbecues, maar deze zeven gebieden staan vol met megastallen – niet alleen kippenstallen, maar ook varkens rukken in hoog tempo op. Met gemiddeld zo’n drie tot vijf bedrijven per gebiedje gaat het in totaal om ongeveer twintig tot dertig bedrijven.

Megastallen

Regelmatig kijken we met een verwijtende blik richting mensen die ’s avonds hun open haard of hun barbecue aansteken. Burenruzies kunnen hierdoor hoog oplopen. Maar de echt grote vervuilers in de omgeving van Amersfoort blijven buiten beeld: dat zijn een handjevol boeren met megastallen in het buitengebied van Barneveld en Lunteren.

De gemeente Barneveld is de afgelopen jaren in actie geschoten. Blijkens de gemeentesite Ibabs (met alle bestuurlijke stukken) is het onderwerp ‘fijnstof’ de afgelopen tien jaar liefst zes maal ter sprake gekomen. Hierbij ging meestal de beschuldigende vinger richting de houtstook. De landbouw als oorzaak kwam slechts twee maal ter sprake. In 2016 dienden PRO 98 (een lokale samenwerking van D66 en PvdA) en het CDA een motie in de gemeenteraad in, waarbij het gemeentebestuur gevraagd werd om in het kader van de FoodValley een voortrekkersrol in de fijnstofproblematiek op zich te nemen. De motie werd met grote meerderheid aangenomen. Van de door B. en W. toegezegde voortgangsverslagen is op de site van de gemeente niets terug te vinden. In 2019 is er nog een expertmeeting in de gemeenteraad geweest over fijnstof. Een spreker van het Praktijkcentrum Emissiereductie in de Veehouderij (PEV Barneveld) legde daar de rol van de kippensector in de fijnstofproblematiek uit. Uit zijn presentatie blijkt, dat die sector een grote en vooral groeiende rol vervult. De uitstoot van fijnstof door kippen is tussen 1995 en 2014 toegenomen van ongeveer 500 ton naar bijna 3000 ton per jaar. Zes keer zoveel dus in amper twintig jaar tijd. De overschakeling van legbatterijen naar meer diervriendelijke methoden heeft dus niet alleen voordelen gehad.

Relatief eenvoudig

Na de bijeenkomst bleef het stil. Terwijl de hele fijnstofproblematiek toch relatief eenvoudig is op te lossen. Dat toont de ontwikkeling van de emissies in de afgelopen dertig jaar. Sinds 1990 is de emissie van fijnstof in Nederland met meer dan 50% afgenomen. Dit is vooral te danken aan maatregelen in de industrie en in het verkeer. Ondanks verschillende schandalen (met ‘sjoemelsoftware’ en andere twijfelachtige methoden werden roettesten gemanipuleerd) hebben roetfilters in die sectoren duidelijk een vermindering van de fijnstofproblematiek veroorzaakt.

0183_006g_clo_26_nl.png
Bron: https://www.clo.nl/sites/default/files/infographics/0183_006g_clo_26_nl.png

Terwijl het verkeer en de industrie hun verantwoordelijkheid oppakten, groeide de uitstoot van fijnstof door de landbouw fors. De Gelderse Vallei leverde hieraan een forse bijdrage.

In opdracht van het Longfonds schatte onderzoeksbureau CE Delft (die CE staat voor ‘contra-expertise’) in 2006 de maatschappelijke kosten van fijnstof door gezondheidsschade ergens tussen de 4 en 40 miljard euro per jaar. Stel: als die twintig tot dertig bedrijven in de Gelderse Vallei verantwoordelijk zijn voor een schade van 1 miljard, komt heel snel het moment in zicht dat deze bedrijven economisch onrendabel zijn: dat zij meer schade toebrengen dan baten genereren. Dat het economisch verstandiger is om de stekker uit die bedrijven te trekken.

De keus is aan de boeren. We kunnen nu allemaal met de vinger wijzen naar gemeente Barneveld, maar er is geen wethouder die een boer het mes op de keel zet onder het slaken van de kreet: “gij zult vervuilen”. De varkens- en kippenboeren van Barneveld en Lunteren moeten zelf aan de slag. Of investeringen plegen die de fijnstofemissies fors terugbrengen tot aanvaardbare niveaus, of hun bedrijf opdoeken.

Tot het zover is, is het voor de recreant uit Eemland die de stress van de coronapandemie probeert te ontvluchten, wellicht gezonder om met een boogje om dit gebied heen te fietsen…

bijsluiter

Addy Schuurman is historicus en onderzoeker.

(maak u bekend met uw volledige naam)

opmerkingen

Steun de Stadsbron!

U steunt ons met een gift via IDeal al met een bedrag vanaf 2 euro per artikel.

Draag bij!