3 reacties

Waterschapsbestuurders slordig met vermelden nevenfuncties

door Siem Eikelenboom
3 november 2021om 23:49u

Hoewel bestuurders van het waterschap Vallei en Veluwe hun nevenfuncties moeten vermelden in een register, blijkt een deel van hen dat niet volledig te doen. Dat blijkt uit onderzoek van De Stadsbron in samenwerking met onderzoekscollectief Spit, de Groene Amsterdammer en Argos.

Je hoort er zelden over en toch zijn ze heel belangrijk: waterschappen. Ze beschermen Nederland tegen overstromingen, bewaken het grondwaterpeil, onderhouden de waterwegen en gaan over gemalen, waterzuiveringsinstallaties en dijken. Gemiddeld halen de waterschappen jaarlijks drie miljard euro op, maar daar tegenover staan schulden die soms oplopen tot honderden miljoenen euro’s.
Kortom, waterschappen zijn belangrijk én er gaat veel geld in om. Maar hoe zit met het democratisch gehalte van deze bestuurslaag? Wie zijn die onbekende waterschapsbestuurders en welke nevenfuncties bekleden ze?

D1778042-6CB7-4C98-AE63-17630C7E375C.jpeg

Herinrichting Barneveldsebeek. Foto: Rob Gerritsen

Om deze vragen te beantwoorden deed onderzoekscollectief Spit voor weekblad De Groene Amsterdammer en radioprogramma Argos uitgebreid onderzoek. Dat resulteerde in een dataset die werd gedeeld met lokale media, zoals De Stadsbron. Wij keken vooral of de bestuurders van ‘ons’ waterschap Vallei en Veluwe wel keurig alle nevenfuncties vermelden. Het resultaat: grote misstanden ontdekten we niet maar een deel van de 28 leden van het algemeen bestuur geeft niet alle nevenfuncties op. Daarover straks meer.

Vallei en Veluwe is een van de 21 waterschappen die Nederland tegen overstroming en droogte moeten beschermen. Het ligt tussen de IJssel, Nederrijn, Utrechtse Heuvelrug en de Randmeren. Er wonen 1,1 miljoen mensen verspreid over 37 gemeenten waaronder Amersfoort en Leusden.
Waterschappen vormen de oudste democratieën, zeggen deskundigen. De term ‘polderen’ komt hier vandaan. Ze bloeiden officieus op in de elfde eeuw toen besturen en buurtschappen nauw samenwerkten om grond te ontginnen voor landbouw en om dijken aan te leggen.

4F5F44DA-DBCC-45C1-9533-8A8F368161B0.jpeg

Peilbeheer Eemnesservaart. Foto: Rob Gerritsen

Na de Watersnoodramp in 1953 groeide het besef dat professionalisering hard nodig was. Van de duizenden waterschapjes bleven er uiteindelijk 21 over.
Besturen bestonden tot 1995 uit grondeigenaren, huiseigenaren en vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en gemeenteraden. Pas in 2008 vond de eerste echte landelijke verkiezingen plaats met kieslijsten waarop ook ‘gewone’ burgers stonden.

Oude vorm besturen bleef deels bestaan

Maar dat betekende niet dat het met de oude vorm van besturen was gedaan. Burgers (‘ingezetenen’ volgens het jargon) konden zich weliswaar verkiesbaar stellen, maar er bleven speciale zetels (zogeheten ‘geborgde’) voor boeren, bedrijfsleven en vertegenwoordigers van natuurgebieden. Zo hebben de boeren in Vallei en Veluwe drie, de natuurgebieden een en het bedrijfsleven drie zetels in het algemeen bestuur. De overige 23 zetels zijn op dit moment verdeeld onder de Algemene Waterschapspartij (2), CDA (3), ChristenUnie (3), Lokaal Waterbeheer (2), PvdA (2), SGP (2), VVD (4), Water Natuurlijk (3), en 50PLUS (2).
Het dagelijks bestuur bestaat naast dijkgraaf Marijn Ornstein uit vier heemraden, een functie vergelijkbaar met die van wethouder.

EDE1E5CA-442B-43A1-B756-19938044B49F.jpeg

Herinrichting Grift met plas-dras oevers. Foto: Rob Gerritsen

De hybride structuur van ‘geborgde’ zetels en zetels voor ‘ingezetenen’ heeft het er niet duidelijker op gemaakt. Vlak voor de verkiezingen in 2015 volgde journalist Theo Dersjant het waterschap Rivierenland op de voet. Hij ontdekte een merkwaardige handel in zetels. Een CDA’er die op een onverkiesbare plek dreigde te belanden, klopte vervolgens aan bij zijn oude werkgever, de Kamer van Koophandel in Tiel (die kandidaten aanwijst voor het bedrijfsleven) en kreeg via die route alsnog een - geborgde- zetel.

Boeren nog altijd sterk vertegenwoordigd

Omgekeerd zie je dat boeren niet alleen via de vaste, geborgde zetels invloed hebben in het waterschapsbestuur maar dat ze ook als ‘ingezetene’ opduiken.
Dit zien we ook bij Vallei en Veluwe. Boeren zijn te vinden bij Lokaal Waterbeheer en de SGP. Omgekeerd komen we CDA’er Henk Veldhuizen tegen als vertegenwoordiger van de landbouw. De melkveehouder was ooit een raadsperiode wethouder in de gemeente Utrechtse Heuvelrug.

Bij de SGP-fractie komen we Lambert Polinder tegen in een ondersteunende functie als commissielid. Hij is teamcoördinator/omgevingsjurist bij Agrifirm NWE, een machtige lobbyclub waarin ruim tienduizend agrariërs hun (inkoop)belangen hebben gebundeld. Conclusie: net als in de overige waterschappen is de boerenstand in Vallei en Veluwe sterk vertegenwoordigd.

1968D3F2-8D4B-4C1A-9E5E-88647AE4D9FA.jpeg

Aanleg vistrap Schuitenbeek. Foto: Rob Gerritsen

De boerenbelangen kunnen haaks staan op die van de eigenaren van natuurgebieden. Boeren hebben baat bij een lage waterstand: dan zakken hun machines niet weg en houden hun dieren droge voeten. Natuurgebieden hebben meer aan een hoog waterpeil. In Vallei en Veluwe hebben de natuurgebieden maar een vertegenwoordiger: Wim Goedhart, projectmanager Natuurmonumenten. Bij de partijen is niemand te vinden met een uitgesproken milieu- of natuur achtergrond.

Forse schulden

Uit het onderzoek van De Groene Amsterdammer blijkt dat de waterschappen forse schulden hebben. Die kan oplopen tot honderden miljoenen euro’s. De schuld van Rivierenland is inmiddels gegroeid naar 521 miljoen. Maar dat valt nog mee in vergelijking met Amstel, Gooi en Vecht of Delfland die richting zevenhonderd miljoen groeien. Het tekort van Vallei en Veluwe (252 miljoen negatief) steekt daar nog positief bij af.

Als graadmeter wordt doorgaans de schuldquote (simpelweg de schulden afgezet tegen de eigen middelen) gebruikt. Bij gemeenten wordt deze bij 150 procent gezien als erg hoog en springen alle seinen op rood. In de waterschapswereld geldt, officieus, een schuld tot 250 procent als acceptabel. Maar in 2019 heeft het algemeen bestuur van Vallei en Veluwe ingestemd met het voorstel om de schuldpositie te maximeren op 195% van de totale opbrengsten. In 2020 bedraagt de schuldpositie ten opzichte van de totale opbrengsten 162%.

493589B0-454C-48C6-9D2E-477FD05028A6.jpeg

Herinrichting Lunterse Beek. Foto: Rob Gerritsen

Bedrijfseconoom en consultant Robert van Cleef dook enkele jaren geleden uit nieuwsgierigheid in de schuldenpositie van de waterschappen. ‘Er wordt altijd gezegd dat het rijke overheden zijn. Maar dat valt dus tegen als je naar de schulden kijkt’. Nu, met de lage rente, doen de leningen nog geen pijn. ‘Maar wat als de rente over tien jaar vier procent is?’ Dan moet er meer geld komen om hetzelfde te kunnen doen. En dat kan alleen nog via verhoging van de waterschapsbelasting. ‘Het kan dan zomaar gebeuren dat er meer belastinggeld gaat naar het afbetalen van een verouderde zuiveringsinstallatie dan naar dijken.’ Zijn boodschap aan de waterschappen: ‘Kijk echt eens kritisch naar jezelf.’

Dubbele petten

Het zijn de provincies die moeten controleren of het waterschap financieel gezond is. Een kleine steekproef van Van Cleef toonde aan dat de hoge schuldpositie van waterschappen nauwelijks een onderwerp is bij de provincies. Onderzoekscollectief Spit maakte een dataset waarin alle nevenfuncties van waterschapsbestuurders staan verwerkt. Daaruit blijkt dat 35 van hen overdag werken bij de toezichthouder, de provincie. Bij Vallei en Veluwe komen we alleen bij de VVD iemand tegen die ook voor de provincie werkt. het gaat om commissielid Liesbeth Rooijmans-van Steenbergen die als ‘senior adviseur’ Public Affairs is verbonden aan de provincies Overijssel en Gelderland.

Bestuurders doen ook adviesklussen

De journalisten van Spit ontdekten ook veel bestuurders die zich als adviseur laten inhuren voor adviesklussen bij de provincie (en dan nog het liefst over watermanagement).
Is dit ook bij Vallei en Veluwe het geval? 

Jawel, zo ontdekt De Stadsbron. Het waterschap doet al bijna dertig jaar zaken met ingenieursbureau Tauw uit Deventer. ‘Op basis van aanbestedingen is dit een partij die vaker offreert vanwege zijn specialistische kennis in ons vakgebied’, meldt een woordvoerder van Vallei en Veluwe.

 Maar dat levert een probleem op want waterschapsbestuurder Auke Terlouw (CDA) werkt bij datzelfde Tauw als adviseur waterbouw en waterveiligheid. Het waterschap doet dus zaken met een bedrijf waarvan een werknemer bestuurder van het waterschap is. Hoe gaat Vallei en Veluwe hier mee om?

Een woordvoerder laat weten dat met Terlouw de afspraak is gemaakt dat - als het om de inhuur van diensten van Tauw gaat - hij ‘zich onthoudt van beraadslaging en stemming’.
Dat Tauw én adviseur is én een bestuurder levert, staat overigens nergens op de website van het waterschap vermeld.

FC8FEF6A-9137-45E8-905E-44C407297EFF.jpeg

Kwaliteitsonderzoek Barneveldsebeek. Foto: Rob Gerritsen

Om de transparantie te bevorderen bij een bestuursorgaan dat van oudsher is gewend om zaken onderling te regelen, geldt voor waterschapsbestuurders dat zij hun nevenfuncties moeten opgeven in een voor iedereen toegankelijk register.
Bij Vallei en Veluwe is dit register heel transparant. Direct onder naam en foto van een bestuurder zijn de nevenfuncties te vinden. Maar kloppen de gegevens ook?

Nogal slordig

Henk van der Wind, fractievoorzitter SGP, meldt wel dat hij een betaalde functie heeft bij de zuivelcoöperatie DeltaMilk, maar dat hij ook bestuurder is bij DeltaMilk Finance U.A. staat nergens. In een reactie zegt hij dat de twee DeltaMilks zusterbedrijven zijn: ‘Dezelfde coöperaties hebben dezelfde leden en bestuurders’. Maar hij erkent dat hij ook deze functie had moeten opgeven. ‘Dat was ik destijds gewoon vergeten, dank voor uw oplettendheid. Ik ga het aanpassen.’

Bij Marja van der Tas (CDA) meldt het register van de Kamer van Koophandel dat zij bestuurder is van de stichting Independent Sustainability Advice. In een reactie zegt zij deze stichting niet te kennen. Opmerkelijk, want ook bij dubbelcheck geeft de KvK haar naam als secretaris/penningmeester van de stichting die volgens de statuten publieke instellingen onafhankelijk steunt ‘bij het integreren van duurzame ontwikkeling in hun strategieën en activiteiten’. Van der Tas vraagt of De Stadsbron niet in de war is met haar bestuursfunctie bij de Commissie Milieueffectrapportage. Nee, want dit is echt een andere functie bij een andere entiteit met een heel ander KvK-nummer.

Vriendenstichting verzwegen

Van der Tas is ook voorzitter van de raad van toezicht van de stichting Vrienden der Geldersche Kastelen. Zij vermeldt weliswaar keurig dat zij ook toezichthouder is bij twee andere stichtingen van het Geldersch Landschap, maar deze vriendenstichting wordt verzwegen. In het nevenfunctieregister meldt zij dat ze voorzitter is van de raad van toezicht bij Free Nature, maar die functie blijkt ze volgens de KvK recent (op 18 oktober) te hebben neergelegd. ‘Dank voor uw reminder om hiervan nog melding te maken bij het waterschap.’
Kortom, Van der Tas is nogal slordig.

CAABB45A-9728-4CDA-ABF3-6926ABCE9D61.jpeg

Boomaanplant oevers Lunterse beek. Foto: Rob Gerritsen

Patrick Gaynor (VVD en een van de vier heemraden) verzwijgt het bezit van P.J. Gaynor Holding BV. Enkele uren na verzending van een email waarin De Stadsbron om uitleg vraagt, hangt hij al aan de telefoon. Omdat het een passieve financiële bv is waarin geen activiteiten plaatsvinden, had hij die niet vermeld. Maar dat gaat hij alsnog doen.


Zo’n passief bedrijf heeft ook Gerrit Sprik, fractievoorzitter van 50PLUS. Al ruim 13 jaar heeft hij A.D.B. Color BV: een bedrijf voor reparaties en onderhoud van printers en glas-in-lood activiteiten. Het bedrijf verzorgt desgewenst ook workshops en had een eigen website. Volgens Sprik moest hij deze bv starten toen hij tijdens een reorganisatie bij Hewlett-Packard werd ontslagen. ‘De BV is nu in ruste.’

Omissie

Heemraad Frans ter Maten (Water Natuurlijk) laat bij zijn nevenfuncties achterwege dat hij bestuurder is bij monumentale Stoomgemaal en Bezoekerscentrum Arkemheem. Het blijkt bij navraag een functie die nota bene is gekoppeld aan het heemraadschap (in jargon: een qualitate qua-functie). ‘Het is een omissie dat dit bestuurslidmaatschap niet op de site staat’, laat hij weten.

Ondernemer Dirk Schut, die een geborgde zetel voor het bedrijfsleven bezet, begrijpt kennelijk niet dat het voorschrift om alle nevenfuncties te melden geldt voor álle nevenfuncties. Een drietal blijkt namelijk niet in het register te vinden. Hij reageert enigszins korzelig: ‘Ze staan niet vermeld aangezien deze activiteiten geen enkele relatie hebben met de bestuursactiviteiten voor het waterschap. Derhalve is nooit in me opgekomen dat dit daarvoor relevant zou zijn. Vermelding voor mij is geen enkel probleem.’
Schut verzweeg ondermeer een stichting administratiekantoor Dalenk. Deze beheert het stemrecht van aandelen door middel van de uitgifte van certificaten. Het gaat om de certificaten in vier ondernemingen die zich onder andere bezighouden met de im- en export van laboratoriuminstrumenten en de aanleg van airconditioning.

 Ook zijn lidmaatschap van een beleggingsclub is niet gemeld. In die club, met de omineuze naam ‘Dorst’, worden volgens Schut ‘de ontwikkelingen in de economie in zijn algemeenheid en de aandelenbeurzen in het bijzonder besproken en wordt op grond daarvan belegd.’

FE64AB24-4FB0-4A3D-8C8D-3F81D1D6C219.jpeg

Beïnvloeding door landbouw Puttenerbeek. Foto: Rob Gerritsen

Astrid Meier, fractievoorzitter Water Natuurlijk, reageert pas nadat de De Stadsbron haar opnieuw benadert: ‘Sorry, ik had jouw mail over het hoofd gezien.’ Zij meldt als nevenfunctie dat ze eigenaar is van een bedrijf dat niet meer bestaat en verzwijgt dat ze bestuurder is van een bv (Groene Verbinders BV) en een coöperatie Green Change Coöperatief UA). ‘Die zijn beide recent opgericht. Ik heb ze vandaag gelijk doorgegeven aan het waterschap.’

Ook oud-wethouder Henk Veldhuizen die de landbouw vertegenwoordigt heeft een herhalingsmail nodig om te antwoorden. Maar dan erkent hij grootmoedig dat ‘abusievelijk twee van mijn nevenfuncties’ niet op de site terecht zijn gekomen. ‘Inmiddels is dit hersteld.’ Het gaat om Stichting ter Verbetering van de Utrechtse Kavelruil en de Stichting ter Stimulering van de Utrechtse agrarische sector. Toch belangrijk om te weten dat Veldhuizen bestuurder is van twee agrarische lobbyclubs. Maar ja, hij vertegenwoordigt niet voor niets de boerenstand in het waterschap.

Van acht bestuurders bleek het register met nevenfuncties dus niet te kloppen. Allemaal zeggen ze tegen De Stadsbron dat ze de gaten in dat register zullen opvullen. De namen en (neven)functies van alle bestuurders zijn hier te vinden.

bijsluiter

Siem Eikelenboom is freelance onderzoeksjournalist, werkzaam bij o.a. De Stadsbron en onderzoeksplatform Follow the Money. Hij is tevens part-time docent onderzoeksjournalistiek aan de Universiteit van Amsterdam en geeft trainingen en lezingen.

bronnen

Excel-bestand gemaakt door onderzoekscollectief Split. De gegevens m.b.t. waterschap Vallei en Veluwe zijn gecontroleerd. De Stadsbron vond nogal wat bestuurders die niet alle nevenfuncties opgaven. Die bestuurders zijn allemaal benaderd en hebben allemaal gereageerd. Verder is gebruik gemaakt van de Jaarrekening 2020 van het waterschap en is er mailverkeer geweest met de afdeling persvoorlichting.

(maak u bekend met uw volledige naam)

opmerkingen

Steun de Stadsbron!

U steunt ons met een gift via IDeal al met een bedrag vanaf 2 euro per artikel.

Draag bij!