Het CBS kent al jarenlang een reeks van wijk- en buurtoverzichten waarin over verschillende onderwerpen cijfers worden gepresenteerd die vaak gebaseerd zijn op verschillende onderzoeken van het CBS zelf. Zo ook over het autobezit. Het CBS registreert onder meer per buurt en wijk het aantal auto’s, het gemiddeld aantal per huishouden en het gemiddeld aantal auto’s per vierkante kilometer. Het aantal auto’s per huishouden zegt iets over het gemiddeld autobezit, en het aantal auto’s per vierkante kilometer over de parkeerdruk in de wijk of buurt.
Misleidend
Allereerst toch even een opmerking over de grafiek op pagina 5 van het Concept Deelomgevingsprogramma parkeren 2040, Deel 1: Richtinggevend document. Helaas is deze grafiek erg misleidend.
Er wordt gesproken over het aantal wegvoertuigen zonder enige invulling te geven aan dit niet alledaagse begrip. Het CBS verstaat onder het begrip wegvoertuig alle voertuigen op wielen bestemd voor gebruik op wegen. Hieronder vallen personenauto's, bedrijfsvoertuigen (bestelauto's, vrachtauto's, trekkers, speciale voertuigen, bussen, aanhangwagens en opleggers), motorfietsen en voertuigen met een bromfietskenteken. Dit is dus veel meer dan alleen personenauto’s. En wat staat er onder deze grafiek als 'toelichting'? ‘Figuur 1: Het autobezit groeit sneller dan het aantal inwoners’. Op basis van deze grafiek kan dit helemaal niet gezegd worden.
In verschillende andere publicaties wordt al een nuancering aangebracht door te wijzen op de aanwezigheid van een groot aantal leaseauto’s binnen de gemeentegrenzen van Amersfoort. Dit is correct. Uit de beschikbare data blijkt dat 43% van alle geregistreerde personenauto’s zich in de wijk Calveen en 2% in de wijk Isselt bevindt. Beide zijn industriewijken en daarmee is het dus zeer aannemelijk dat het hier leaseauto’s betreft. In feite is hiermee ook de groei van het aantal personenauto’s verklaard. Bij de verdere tabellen heb ik Calveen en Isselt niet meegenomen.
Maar dit is nog niet alles.
In de andere publicaties wordt niet verder ingegaan op deze leaseauto’s. Volgens de Vereniging van Nederlandse autoleasemaatschappijen is het aantal leaseauto’s in 2022 met 4% gegroeid. Er rijden in Nederland meer dan 1,2 miljoen leaseauto’s en dit aantal is nog steeds groeiend. Een deel van deze leaseauto’s zal dus zeker ook binnen de gemeentegrenzen van Amersfoort geparkeerd worden. Alleen weten we niet precies hoeveel en waar. Ik vermoed zelfs dat dit aantal wel eens groter kan zijn dan dat je op basis van beroepsbevolking zou mogen verwachten omdat – zoals eerder al beschreven- de inwoners in Amersfoort meer dan gemiddeld buiten Amersfoort werkzaam zijn. De enige zekerheid die we hebben is dat er tenminste zoveel personenauto’s zijn; kortom een ondergrens. Dit geldt natuurlijk dan ook voor de gemiddelden per huishouden en km2.
Waar staan deze personenauto’s geparkeerd?
Op basis van de kentekenregistratie kan het CBS bepalen in welke wijk of buurt de eigenaar van de auto woont en daarmee ga ik er vanuit dat de auto ook in deze wijk of buurt geparkeerd wordt. 10% van alle geregistreerde personenauto’s staat in de wijk Nieuwland, daarna volgen de wijken Kattenbroek, Hoogland, en Soesterkwartier met ieder 7%. De wijken Nederberg, Bosgebied, de Hoef, en Buitengebied-Oost sluiten de rij met ieder 1% van alle geregistreerde personenauto’s. De wijken Hoogland-West, Eemkwartier, Bedrijventerrein Vathorst, en Vathorst-Bovenduist hebben te lage aantallen om mee te tellen.
Bovenstaande tabel geeft de wijken van Amersfoort weer met het gemiddeld aantal personenauto’s per huishouden en per km2. De tabel is gesorteerd op het aantal personenauto’s per km2.
Allereerst valt op het aantal personenauto’s per huishouden. Deze varieert per wijk van 2,2 in Buitengebied-Oost tot 0,5 in het Eemkwartier. Laten we de buitengebieden, ontwikkelgebieden en bedrijventerreinen buiten beschouwing, dan heeft De Berg-Noord het hoogste aantal personenauto’s per huishouden, namelijk 1,4. De wijk Nieuwland is dan een goede tweede met 1,2. De autoluwe binnenstad is dan hekkensluiter met 0,6 personenauto per huishouden. Het College wil in de nieuwbouwplannen Langs Eem en Spoor uitgaan van 0,2 personenauto per huishouden. Het maakt nog eens duidelijk hoe hoog het ambitieniveau van dit College is of is hier sprake van een ‘mission impossible’?
In deze buurten staan de meeste geparkeerde personenauto’s. 1 op de 7 geregistreerde personenauto ’s staat in een van deze buurten.
Als het filter gezet wordt op het aantal personenauto’s per huishouden dan ontstaat er een heel ander staatje. Naast de buitengebieden zijn vooral De Berg-Noord (Oranjebuurt en Staatsliedenbuurt -Oost) goed vertegenwoordigd met minimaal 1,5 en 1,4 personenauto per huishouden.
Tenslotte kijken we ook naar het aantal personenauto’s per km2, misschien wel een van de betere indicatoren voor parkeerdruk. Hier duiken weer hele andere buurtjes op, uit verschillende wijken. De buurt Puntenburg is dan een relatief klein buurtje, maar kent dus de hoogste parkeerdruk. En dan te bedenken dat dit buurtje tegen de geplande inbreiding van Langs Eem en Spoor aan ligt. Dit geldt ook voor het Gildekwartier en in mindere mate voor Beestenmarkt en Liendert-Zuid.
Dit zijn slechts drie elementen die parkeerdruk bepalen, maar er zijn er meer zoals parkeren op eigen terrein, op of onder het maaiveld, aanwezigheid van bovenwijkse voorzieningen etc. Ik heb niet de pretentie hiermee volledig te zijn maar ik heb wel het gevoel dat juist door deze cijfers meer inzicht ontstaat in de nut en noodzaak van een (integrale) parkeervisie. Het moet mogelijk zijn om meerdere van dit soort cijfers in een model te stoppen, waarbij op buurt- of wijkniveau een rekenkundige parkeerdruk berekend kan worden. De kennis hierover is in de organisatie al aanwezig, bij de afdeling Statistiek en Onderzoek. Bespreek deze uitkomsten met de burgers en je hebt een breed gedragen parkeervisie.
Superlage parkeernorm
Maar ik ontkom niet aan de indruk dat deze parkeervisie vooral een politieke visie is, ingegeven door de noodzaak om bij de inbreidingsprojecten (Langs Eem en Spoor) te werken met een super lage parkeernorm. Dit lijkt noodzakelijk om de projectontwikkelaars te verleiden om woningen te bouwen die voldoen aan het ambitieniveau van het College en gemeenteraad. Weinigen hebben zich rekenschap gegeven tegen welke kosten dit zou gaan. Door vergunningparkeren over heel Amersfoort uit te rollen, ontloop je de lastige discussie dat sommige wijken (lees burgers) een prijs moeten betalen voor de woningbouw op inbreidingslocaties en andere niet. Simpel gezegd: de rijkste burgers met het hoogste aantal personenauto’s per huishouden betalen niets, terwijl de laagste inkomens in de buurten waar de inbreiding plaats moet vinden juist meer gaan betalen. Het gaat dus ook om een eerlijke verdeling van de lasten.