Waarom moest het Spijkertje
worden gesloopt?
De
Eemhaven zo te zien in alle glorie, gefotografeerd in juni 1988 vanaf het dak
van een silo van de Cova. Deze silo was eerder eigendom van de firma Van
Vollenhoven. Op de voorgrond 't Spijkertje. Foto Conny Meslier (Archief Eemland),
Het eerste
artikel over de geschiedenis van de Spijker eindigde met een citaat uit een
reclameboodschap op internet van ontwikkelaar Heijmans. Aan de kade van de Eem
vinden we enkele fraai gerestaureerde woningen en pakhuizen van omstreeks 1900.
Bij het industrieel monument ‘Het Spijkertje’‚ genieten mensen op het terras
van hun lunch in de zachte middagzon.
Die tekst roept de vraag op waarom
dat Spijkertje dan tóch in 2005 is gesloopt. Het pakhuis in kwestie dateerde
uit het begin van de vorige eeuw. In de ogen van de kenners van industrieel
erfgoed (Siesta *2) was het een waardevol en markant gebouw. Volgens
degenen die in voorbije jaren iets te zeggen hadden over het behoud van
monumenten in Amersfoort was het Spijkertje echter niet bijzonder genoeg om
voor te dragen voor de plaatselijke monumentenlijst. Desondanks wilden
veel Amersfoorters ‘t Spijkertje niet kwijt. Aanvankelijk was de gemeente zelf
ook die mening toegedaan.
De gemeente wilde destijds het gebouw
als horecagelegenheid inpassen in de nieuwe toeristische Eemhaven die bij de
Koppelpoort zou moeten verrijzen. Het zou kunnen dienen als douche- en
toiletruimte voor de watersporters. In het Bestemmingsplan Centraal Stadsgebied
Noord 2000-2002 (CSG) wordt het Spijkertje aangewezen als een te handhaven
beeldbepalend element. Om onduidelijke redenen is door de provincie hier een
streep door gezet. De toenmalige eigenaar, Amusementsbedrijf Krijco BV, bleek
geen brood te zien in herontwikkeling. Het bedrijf vond dat het gebouw in
slechte staat was en meende dat het slecht geschikt te maken was voor de
horeca-functies die men in gedachten had. Renovatie en de nodige aanpassingen
zouden te kostbaar zijn.
Toen bij het aanbrengen van de
damwanden voor de aanleg van een nieuwe kade voor de Eemhaven scheuren in het
gebouw ontstonden, verzocht de gemeente uit veiligheidsoverwegingen de eigenaar
om met spoed een sloopvergunning aan te vragen. Nadat de sloopvergunning was
verleend, heeft Siesta onmiddellijk bezwaar aangetekend bij de gemeente en een
verzoek ingediend bij de bestuursrechter om de sloopvergunning te schorsen. De
rechter wees het schorsingsverzoek af. Op de dag na de uitspraak presenteerde
eigenaar Krijco het ontwerp voor een herbouw aan het Amersfoortse publiek. Het
oude pakhuis zelf werd nog diezelfde week al plat gelegd. (*1)
Het Spijkertje is
vermoord
’t Spijkertje is veel in het nieuws
geweest. Tussen half augustus en half december 2005 hebben er welgeteld ruim 70
berichten in de diverse kranten gestaan: redactionele artikelen, columns,
persverklaringen, stadsberichten en boze ingezonden stukken. Daarmee is de
overige berichtgeving door de plaatselijke en regionale omroepen en op de
diverse websites nog niet eens genoemd. Sommigen betichtten de gemeente
Amersfoort en de eigenaar van kwade wil en boos opzet. Inwoner Hein van Wegen
voorspelde eerder al “Het Spijkertje wordt vermoord” (*3) . Raadslid Jan Kees
Salverda (CDA) schreef op zijn website: “Als ik
eerlijk ben moet ik zeggen dat ik het Spijkertje niet mooi vind en bovendien is
het geen monument. Ook geen jong monument. (...) Het staat alleen op een heel
markant punt en vooral als enige pand in die buurt met een wand direct in het
water van de Eem. (...) ’t Spijkertje is vooral belangrijk omdat het dierbare
herinneringen oproept bij mensen aan het vroegere Amersfoort en aan hun eigen
jeugd. Het is een tastbaar bewijs van het industriële verleden van de stad.
Toch vind ik dat niet genoeg reden om het pand te behouden. Het is niet het
gebouw zelf dat die herinneringen oproept, maar vooral de plek. Ik ben een
groot liefhebber van (industriële) monumenten, lid van de vereniging Heemschut
en voorstander van het behoud van de gebouwen van Rohm en Haas en de
lijmfabriek."
Wat was toch de reden dat de kwestie destijds zo in
het middelpunt van de belangstelling stond?
Het vergeten
industriële erfgoed van Amersfoort
Met het Centrumplan Amersfoort zette
Amersfoort aan het eind van de jaren tachtig een proces van vernieuwing en
stadsuitbreiding in. De gemeente wilde 'de sprong maken over ‘t spoor' en het
centrum in de noordelijke richting uitbreiden. In dit kader stelde de gemeente
zich ook tot doel de bestaande industrie rond het station en de Eem te
verplaatsen. Veel bedrijfsgebouwen werden gesloopt. De kaalslag die voorafging
aan de stadsuitbreiding riep bij de Amersfoorters grote verbittering op. Eén
van de eerste gebouwen die plaats moesten maken voor de vooruitgang was het uit
1901 stammende stationsgebouw van Margadant. Schrijver en journalist Rob
Lureman schreef in Heemschut (mei-juni1989): “De politiek heeft inmiddels
groen licht gegeven voor de grootsteedse aanpak, die per wijk in deelplannen
een vervolg krijgt. Onder druk van het nog steeds aanzwellende burgerprotest
zijn echter wel voorwaarden gesteld aan de uitvoering. De belangrijkste liggen
in het financiële en maatschappelijke vlak Een voorwaarde is ook toegespitst op
de gebouwde omgeving. ‘Kwalitatief goede woningen met een beeldbepalend
karakter dienen zoveel mogelijk gehandhaafd te blijven. Juist dat ‘zoveel
mogelijk’ is volgens de critici het bekende addertje onder het gras. Wat
gebeurt er zo stellen ze, als de financiële tekorten nog groter worden?”
In oktober 1989 werd op initiatief van
kritische burgers in de Johanneskerk een symposium georganiseerd over de
stadsvernieuwing. Voor het slopen van industrieel erfgoed was op dat moment nog
weinig aandacht. Het gevolg was dat in de eerste jaren die volgden veel
bijzondere gebouwen zonder slag of stoot zijn weggevaagd. Toen in 2001 ook het
laatste, meer dan 30 meter hoge silogebouw van de COVA-fabrieken in het
havengebied werd gesloopt, was de algemene
teleurstelling over de verschraling van het typische Amersfoortse
havengezicht toch wel erg groot. Dat het verhoudingsgewijze toch nog lang
duurde voordat de Cova werd afgebroken, kwam vooral doordat het betrokken
graanverwerkende bedrijf niet wilde verhuizen. De Amersfoortse gemeenschap
heeft - voor zover bekend - niets ondernomen om de Cova gebouwen te
redden. Wie ach en wee riep, ging er tegelijk van uit dat de silo's toch niet
behouden zouden kunnen worden.
De oprichting van Siesta
In 2003 laaide het protest echter wel
op. Dat was op het moment dat gebouwd werd aan de nieuwe uitgang van het
station Amersfoort, aan de zijde van het Soesterkwartier. Vanuit deze wijk kwam
een kleine revolte tot stand tegen de oprukkende stad. Omwonenden tekenden
bezwaar aan tegen de sloop van de oude portierswoning van de Wagenwerkplaats.
De mensen waren woedend. De communicatie met het stadhuis over nut, tijdsbestek
en de mogelijkheid van het indienen van bezwaar verliep allerbelabberst. Van
het stadhuis kregen de mensen te horen: je kunt wel bezwaar aantekenen, maar
dat heeft toch geen enkele zin. Die boodschap gooide olie op het vuur.
Met kunst en vliegwerk werd er natuurlijk wèl bezwaar gemaakt. De buurtbewoners
hadden echter geen schijn van kans. De sloop van dit gebouwtje was een bittere
ervaring, maar ook een goede les voor oplettende en betrokken Amersfoorters.
De sloop van de portierswoning van de
Wagenwerkplaats vormde de opmaat voor de oprichting van Siesta. Al snel oogstte
de jonge Stichting veel sympathie in Amersfoort. De media besteedden dan ook aan
de onderwerpen die de organisatie aansneed, veel aandacht. Dit leidde
ertoe dat de gemeenteraad van Amersfoort in mei 2004 een motie aannam. waarin het
college werd opgeroepen 'erop toe te zien, dat er geen onherstelbare schade
wordt toegebracht aan industrieel erfgoed en beleid hiertoe te ontwikkelen en
de raad op korte termijn voorstellen te doen met bijpassende budgettering'. Het
is overigens nog wel de vraag in hoeverre dit uitgangspunt ook daadwerkelijk tot
veel resultaten leidde. Met name na de sloop van het Spijkertje begon bij Siesta het inzicht door te breken dat je
met uitspraken van de gemeenteraad alléén er nog niet bent. Om voldoende druk
te kunnen uitoefenen is er kennelijk nog iets meer nodig.
Het Industriële Erfgoed aan de Eem
De ondergang van het Spijkertje staat
niet op zichzelf. En misschien toont de sloop en de daarmee gepaarde gang van
zaken de verborgen agenda van de gemeente voor de herinrichting van het gehele
gebied aan de Eem. Al in de zomer van 2003 had Siesta-in oprichting aan de
gemeente Amersfoort een brief gestuurd waarin ze haar zorgen uitsprak over de
toekomst van het industriële erfgoed aan de Eem. In
dat najaar hebben Siesta en de plaatselijke oudheidkundige vereniging (Flehite)
de gemeente verzocht om de bedreigde fabrieksgebouwen van Rohm and Haas, aan de
zuidzijde van de Eem, in de Gemeentelijke Monumentenlijst op te nemen. In
november 2004 liet wethouder van monumentenzorg Piet Jonkman aan de raad
weten dat de gemeente was gestart met een inventariserend onderzoek naar het nog resterende industriële erfgoed langs
de Eem. In mei 2005 vond een studiemiddag plaats over het Industriële
Erfgoed langs deze rivier. De bijeenkomst was georganiseerd op uitnodiging van
de wethouder Jonkman in samenwerking met Siesta, Flehite en Usine (Utrechtse
Stichting voor Industrieel Erfgoed). De wethouder was voorzitter van de
voorbereidingsgroep en de gemeentesecretaris leidde de discussie. De inleiding
van de wethouder was gestoeld op de al aangekondigde inventarisatie en bevatte
voorstellen voor bescherming van gebouwen aan de Eem. Over het Spijkertje
was de wethouder toen al terughoudend. In de nota over de inventarisatie stelde
hij: “Herbouw met respect voor de 17de en 19de-eeuwse
voorgangers lijkt momenteel meer voor de hand te liggen.” Achteraf kan
vastgesteld worden, dat aanwijzing tot gemeentelijk monument van industrieel erfgoed
alleen dan heeft plaatsgevonden op het moment dat het de gemeente om bepaalde –
niet uitgesproken redenen – wel goed uitkwam.
Soap aan de Eem (a
continuering story?)
Op 10 augustus 2005 kopte
de Amersfoortse Courant “t Spijkertje aan de Grote Koppel in Amersfoort
gaat plat”. Aanleiding tot het bericht was een klacht gericht aan het gemeentebestuur
over de bouwkundige toestand van het gebouw. Vanaf dat moment was in één klap de publieke
aandacht op ’t Spijkertje gevestigd. De bouwvak was net voorbij. De
werkzaamheden voor de aanleg van de toeristische Eemhaven waren zo juist weer
in alle hevigheid losgebarsten. Voor de bouw van de nieuwe kade werden
damwanden in de grond geslagen. Enkele dagen na het eerste alarmsignaal werden
langzaam maar zeker de al bestaande scheuren in de muren van het gebouw groter.
Een gegraven gat van een meter diep en meerdere meter doorsnee legden nog veel
meer scheuren bloot. Omwonenden uit het nabije Gildenkwartier en de Koppel
kwamen dagelijks een kijkje nemen. Gevoelens van ongeloof en twijfel maakte
zich van Siesta meester. Op 12 augustus mailde H. van der Lee aan zijn
mede-bestuurders van Siesta. “Beste bestuursleden, ik heb met [NN]
gesproken. [..] Bij de aanleg van de kade is de aannemer verantwoordelijk voor
eventuele schade, ook als het pand vooraf niet in goede staat is.” Raadslid
mevrouw Willenborg (VVD) kondigde in dezelfde periode aan om een
initiatiefvoorstel te richten aan de gemeenteraad. “’t Spijkertje moet
als een Amersfoorts monument worden beschouwd vanwege zijn ligging, historie en
uiterlijk.[…] Indien renovatie vanwege de slechte bouwkundige toestand van het
gebouw niet mogelijk zou zijn, dient de optie “herbouw met gebruikmaking van
zoveel mogelijk originele materialen” onderzocht moeten worden. (*4) Daarbij zou ’t Spijkertje tevens enigszins
kunnen worden verplaatst als dat vanwege de damwand die moet worden geslagen
nodig zou zijn. Ook de kosten van de verschillende mogelijkheden dienen te
worden begroot zodat het onderzoek uitwijst welke extrakosten met herbouw of
renovatie zijn gemoeid boven die van slopen en nieuwbouw.”
Het Spijkertje, gefotografeerd op 1 oktober 2005 door Marcel Overbeek (destijds bestuurslid FIEN - Federatie Industrieel Erfgoed Nederland)
31
augustus 2005, weblog Raphaël Smit: “Hein van Wegen stond deze ochtend
bij mij aan de deur. Terecht, want hij wilde mij met eigen ogen laten zien wat
de afgelopen dagen met Het Spijkertje lijkt te zijn gebeurd. Aan de zijkant van
het gebouwtje is enkele dagen geleden een put gegraven. (...) In de
blootgelegde fundering zijn zeer recent grote scheuren ontstaan, langzaam lijkt
de fundering weg te zakken. Tussen de fundering en de zijwand van Het
Spijkertje is een meer dan vuistdikke ruimte ontstaan. De muur bolt, maar dat
deed hij waarschijnlijk al. Zwaar bouwverkeer dendert langs, het kan niet lang
meer duren. Af en toe lopen mensen zenuwachtig spiedend rondom het gebouw. [..]
De staat van onderhoud is ronduit slecht te noemen, aldus wethouder Paul Strengers.
‘De zijgevel is zwaar ontzet, in de kap zit houtworm en de vloer is reeds
verrot. Het pannendak is ook slecht, maar kan nog wel een storm doorstaan.” Op
6 september stelde bouwkundige Jan de Kroon in De Stad Amersfoort: “’t
Spijkertje niet te redden? Onzin, het mag oud zijn, maar dat wil niet zeggen
dat het versleten is. Je zou het gebouw zelfs in stukken kunnen zagen en
opnieuw opbouwen. Het moet een uitdaging zijn om het te behouden. Iedere
Amersfoorter kent ’t Spijkertje, zoals ook iedereen de Cova-silo’s kende
die een paar jaar geleden zin gesloopt.” Volgens hem had eigenaar Krijco ’t
Spijkertje laten versloffen.
DE
STAD WIKT EN DE EIGENAAR BESCHIKT
Het initiatiefvoorstel van raadslid Willenborg om
eerst een bouwkundig onderzoek te laten plaatsvinden, werd door de raad
ondersteund. In een intern mailtje in de kring van Siesta wordt hierover
opgemerkt: “En zo besloot men in alle
vreedzaamheid. Het was tenslotte laat en men wilde nu eindelijk toch wel weer
naar huis. (...). Echter, als het om industrieel erfgoed gaat is men
eensgezind. Een aaibaar onderwerp, maar het mag geen geld kosten en dat zal ons
straks nog eens de das om doen. Want niemand loopt hier echt warm voor.“
Later
kwam uit twee onderzoeken van de Grontmij nog eens naar voren dat het
Spijkertje niet te redden zou zijn. Renovatie was misschien wel mogelijk, maar
dat zou te kostbaar zijn. Siesta vocht als een tijger om het tegendeel te
bewijzen en had daar ook wel redenen toe, maar het mocht niet baten. De
gemeente Amersfoort kon daarna de eenvoudige slotsom trekken dat het Spijkertje
niet behouden kon blijven. Er werden persberichten uitgegeven en de eigenaar
werd uitgenodigd om vanwege veiligheidsredenen met spoed een sloopvergunning
aan te vragen. Zo gezegd, zo gedaan. De pogingen van Siesta om via de
gerechtelijke weg de sloop in ieder geval tijdelijk tegen te houden waren
vergeefse moeite. Toch is het vreemd en merkwaardig dat Amersfoort tegen de oorspronkelijke
plannen en voornemens in het zover heeft laten komen.
Waarom moest het
Spijkertje worden gesloopt
In het voorgaande heb ik verslag gedaan
van de omstandigheden die er toe hebben geleid dat een bijzonder pakhuis in
Amersfoort is gesloopt. In dit artikel heb ik echter nog niet de helft van de
factoren die hebben meegespeeld, behandeld. Zo heb ik bijvoorbeeld geen verslag
gedaan van de inhoud van de onafhankelijke onderzoeken van de gemeente en van
het tegenonderzoek dat Siesta heeft laten uitvoeren; ook niet van het effect
van de bronbemaling op het gebouw en van de juridische implicaties van een en
ander. Het heeft weinig zin om nu nog te speculeren over de
afwegingen van de gemeente en de ondernemer in dit proces en om nader stil te staan bij wat boze tongen
hierover beweren. Zeker is in ieder geval de waakzame rol die Siesta in het
proces heeft gespeeld. Voor mij is de belangrijkste conclusie dat Siesta te
laat het tegenoffensief heeft ingezet. Dat was een goede les die zeker mag
leiden tot de conclusie: “eens maar nooit weer! “
Met de kennis van nu zou je je ook kunnen
afvragen of er mogelijk een relatie is te leggen met de zwakke bodem ter
plaatse. Het lijkt bijna geen
toeval dat het heien aan de Kleine
Koppel voor de nieuwbouw van blok 3 (precies
aan de overkant) op problemen heeft gestuit. Instorting van de kade heeft
zich meerdere malen voorgedaan langs de Eem. Dit risico lijkt onvoldoende onderzocht. Een reden te meer om hoogbouw langs de Eem af
te wijzen?
Voetnoten:
(*1) Zie bijvoorbeeld de verzamelvideo met opnamen van omroep Amersfoort. Meer over de geschiedenis van het Spijkertje vanaf minuut 6 t/m minuut 9, te bekijken via de volgende link: https://www.archiefeemland.nl/bronnen/film-en-geluid/detail/43e14115-61e7-e4d2-ec6c-cfd53af16f65
(*2) Siesta, Stichting Industrieel Erfgoed in de
Stad Amersfoort, opgericht in 2003.
(*3) Hein van Wegen, overleden in 2012.
In memoriam: https://www.youtube.com/watch?v=vKBw9WglELE
(*4) Het is op dit moment onduidelijk
of er inderdaad onderdelen van het oude gebouw zijn bewaard en zo ja, waar deze
zich bevinden.