Hij voelt zich niet alleen door de gemeente Amersfoort slecht bejegend, ook zijn vertrouwen in een betrouwbaar bestuur is Rein Leen uit Hoogland volledig kwijt geraakt. Een kwestie die in 2017 tussen hem en de gemeente klein begon, groeide al snel uit tot een serieuze juridische zaak. Tot aan WOB-verzoeken toe, om de gemeente af te dwingen zijn volledige dossier openbaar te maken. Op woensdag 24 juni vond voor hem een belangrijke hoorzitting plaats in het kader van dat verzoek. Hoe kon een relatief eenvoudige zaak tussen een bewoner en de gemeente zo uit de hand lopen en hoe kijkt hij hierop terug? Een uitgebreide reconstructie.
Een energieneutrale woning met zonnepanelen, dat leek Leen en zijn vrouw in 2017 een mooi plan. “We wonen in een eengezinswoning in de Bieshaar-Noord in Hoogland. De Boskamp is een buurtje met 124 woningen. Uiterlijk zijn ze bijna gelijk, al heeft de ontwerper aan de buitenkant de woningen een accent gegeven met kunststof gevelplaten met kwarts-steentjes.”
Ze besluiten er werk van te maken en huren een architect in die een dakopbouw adviseert voor het plaatsen van meer zonnepanelen. Het huis heeft namelijk twee dakkapellen en daardoor is de ruimte om zonnepanelen te plaatsen volgens de architect te beperkt. Wat in hun voordeel lijkt uit te pakken, is dat er in hun straat al enkele soortgelijke opbouwen zijn geplaatst.
Er zijn in het woonblok in Bieshaar-Noord al huizen met een opbouw die voor Leen als voorbeeld dienden.
“Met deze voorbeelden dachten we de oplossing te hebben gevonden en zicht te hebben op een vergunning”, aldus Leen. Hij neemt telefonisch contact op met de gemeente met de vraag wat nodig is om een bouwvergunning voor een dakopbouw aan te vragen. In zijn verhaal geeft hij meteen aan dat drie woningen uit dezelfde straat een dakopbouw hebben; hij neemt deze voorbeelden als uitgangspunt voor de bouw.
De Hooglander spreekt met een medewerker van de afdeling Vergunningen die hem adviseert een aanvraag in te dienen bij het vergunningenloket, samen met de relevante tekeningen en een kostenindicatie voor het bepalen van de leges. Voor het einde van het gesprek vraagt Leen aan de betreffende ambtenaar of er schriftelijke informatie beschikbaar is ten aanzien van bouwaanvragen. Hij wil er zeker van zijn dat hij de juiste informatie aandraagt voor zijn aanvraag.
Die informatie wordt hem toegestuurd, zegt de ambtenaar Leen toe. “Nou, twee weken later had ik nog niets, dus ik belde opnieuw en kreeg te horen dat ik teruggebeld zou worden. Intussen ging ik zelf zoeken op de website van de gemeente en vond wat informatie hierover. Na het indienen begin september 2017 informeerde ik of de aanvraag volledig was en of alles klopte; ik zou hierover teruggebeld worden maar het bleef weer stil.” Hij belt opnieuw en spreekt dezelfde casemanager die aangeeft dat er gezien de voorbeelden geen enkel bezwaar zou zijn. “Opnieuw zei hij toe dat hij me snel zou informeren”.
Afgewezen
Nog eens vijf weken gaan voorbij. “Opeens kreeg ik een telefoon dat mijn aanvraag was afgewezen”, herinnert Leen zich. “Ik was helemaal in shock, hoe kon dat en op grond waarvan? De aanvraag werd afgewezen, omdat deze strijdig zou zijn met het bestemmingsplan en met regels uit 2006 over dakopbouwen. Bovendien kende de toen net uitgekomen welstandsnota een richtlijn dat er niet hoger gebouwd mag worden dan 125 cm boven de bestaande nok”. Het meest opvallend was volgens hem de motivatie dat overvliegende vliegtuigen last zouden kunnen hebben van een verstoring van het dak-panorama.
Hij zoekt contact met de teamleider van de afdeling om zijn zaak te bespreken. “Die gaf aan dat hij een herbeoordeling wilde laten doen en dat hij snel met mij contact zou opnemen. Uiteindelijk laat de teamleider weten dat bij de heroverweging is besloten dat de vergunning terecht is afgewezen.”
Leen vraagt de teamleider hoe op deze reactie bezwaar kan worden gemaakt. Dan hoort hij iets opmerkelijks. Hij komt er in het gesprek achter dat zijn aanvraag niet officieel maar informeel in behandeling is genomen. “Ik weet nog steeds niet hoe dit gebeurd is. Ik heb gewoon gedaan wat de ambtenaar mij adviseerde te doen. Ik voelde me zo oneerlijk behandeld dat ik besloot de aanvraag formeel te maken door leges te betalen, zodat ik officieel de mogelijkheid had om bezwaar te maken tegen het besluit”, aldus Leen. Een nieuwe formele afwijzing volgde, vanwege dezelfde argumenten: onder meer het bestemmingsplan en regels uit 2006 zouden de reden zijn voor de afwijzing. “Ik heb toen een advocaat in de arm genomen om ernaar te kijken. Die gronden deugden van geen kant, wat door de advocaat werd bevestigd”.
Juridische wending
Wat daarna volgde was een gesprek met een casemanager en een milieuadviseur over alternatieven, waarbij de afwijzing overeind bleef. “Dat gesprek leverde mij niets op want inhoudelijk werd er niet ingegaan op mijn verweer. Dus heb ik bezwaar aangetekend tegen het weigeren van een vergunning. Ik heb het idee dat vanaf hier mijn zaak een juridische wending heeft gekregen waarbij alleen gekeken is naar de doorlopen procedures en niet naar de inhoud van mijn aanvraag. Daarna kreeg ik de gelegenheid mijn bezwaar toe te lichten in een hoorzitting waarbij ik ervan uitging dat er iemand met bouwtechnische achtergrond naar de bouwaanvraag zou kijken. Tot mijn stomme verbazing kwam ik tegenover twee juristen van de gemeente te zitten die mijn bezwaar afwezen. Dat voelde voor mij als de slager die zijn eigen vlees keurt”.
Het is inmiddels half maart 2018. Leen komt steeds meer in een juridisch moeras terecht. Samen met zijn advocaat tekent hij beroep aan bij de rechtbank in Utrecht. “Ons beroep was gericht tegen de afwijzing van de opbouw, want ik was er heilig van overtuigd dat die afwijzingsgronden niet deugden. Ook was er niemand naar mijn huis komen kijken om de situatie ter plekke te zien”. Omdat een rechtszaak lang op zich laat wachten, doet Leen een uiterste poging om met de gemeente tot een oplossing te komen. “Ik stuurde de casemanager met wie ik al die tijd contacten had, een e-mail, maar deze bleek niet meer werkzaam en ik moest contact opnemen met de afdeling. Ik ben toen teruggebeld door een andere casemanager die opnieuw naar mijn verhaal luisterde en vroeg mijn verhaal op papier te zetten en het met foto’s naar hem te sturen, zodat hij dit in de vergadering kon bespreken.
In een volgend telefoontje deelde hij me mee dat ik niet opnieuw leges hoefde te betalen voor een eventuele nieuwe aanvraag. Hij zei ook dat hij binnenkort van de afdeling zou vertrekken. Zijn opvolger stuurde na een kleine week een mail met daarin een verzoek opnieuw een aanvraag in te sturen.”
Dit is het voorbeeld-model, terwijl een aangepast model wordt voorgeschreven waarbij het kozijn 25 cm lager wordt en de gootlijn dus niet in lijn komt met de andere dakkapellen en opbouwen.
Leen maakt zijn nieuwe aanvraag in orde, doet nog een kleine aanpassing en stuurt ‘m op. “Toen kreeg ik van alweer een nieuwe casemanager een telefoontje dat ik mijn aanvraag moest intrekken, anders moest ik toch die leges betalen. Dat vond ik een zeer vreemde gang van zaken; ik begreep er ook niets van, dus ik vroeg of hij het op de mail wilde zetten, wat niet kon. Uiteindelijk zag ik geen andere optie dan de aanvraag in te trekken”.
Positief
Ruim een week later wordt hij gebeld voor een persoonlijke afspraak met de teamleider van deze afdeling. Er wordt hem niet uitgelegd waarvoor en in welke context het gesprek plaats zou hebben. “Ik zei, ik ga niet verschijnen als ik niet weet waar het over gaat. Ik kreeg toen een e-mail dat mijn aanvraag opnieuw was beoordeeld en positief bevonden. Dat was natuurlijk wel goed nieuws”.
De teamleider licht volgens Leen toe dat er fouten zijn gemaakt ten aanzien van zijn aanvraag en dat dat nu met het positief besluit recht getrokken is. “Daarmee was de zaak voor hen afgedaan, maar nog niet voor mij want die fouten hebben mij op veel extra kosten gejaagd voor de juridische ondersteuning en de nieuwe tekeningen. Met die vergunning was voor ons de grondslag voor een rechtbankprocedure verdwenen. Ik vond ook dat ik onheus bejegend was doordat men inhoudelijk niet wilde ingaan op mijn bezwaren en vragen. Wat mij het meest steekt, is dat er geen excuses zijn gemaakt. Maar in zijn ogen was er alleen maar een fout gemaakt in de beoordeling. Gevolgen voor ons: vertraging, hoge kosten en grote frustratie”.
De teleurstelling veranderde in boosheid toen hij merkte dat de positieve beoordeling betrekking had op een aanpassing volgens de aanwijzingen van de stadsbouwmeester. Die had op een aantal voor Leen belangrijke punten een andere invulling gegeven aan het ontwerp zoals een lagere dakopbouw. “We hadden totaal niet meer gerekend op een vergunning omdat de afwijzingsgronden zo complex waren. Nu leek het een soort wraakactie als ’we zullen je krijgen’ door deze afwijking van bouw voor te schrijven.
Links een royale uitkijk door binnen de welstandsnota de opbouw één pan hoger te laten aanvangen. Rechts een al anders gemodelleerde goot waarbij de uitkijk-hoogte rond de 165 cm is.
De nieuwe aanwijzingen van de stadsbouwmeester zorgden voor een lage raampartij, geen ruimte voor isolatie die gewenst is voor een energieneutrale woning en strookten ook niet met de algemene begrippen van welstand. Kortom, ik weet nog steeds niet waarom ik afwijkend moest bouwen”.
Een gespreksverzoek wordt botweg afgewezen. Daarop tekent Leen opnieuw bezwaar aan tegen deze vergunning. “Het bezwaar werd niet ontvankelijk verklaard”, aldus Leen. Er volgt een gesprek met de stadsbouwmeester, maar dat verloopt alles behalve bevredigend voor hem: hij besluit weer naar de rechter te gaan om het niet ontvankelijk verklaren van het bezwaar te laten toetsen.
Opmerkelijk
Dan doet de bestuursrechter Utrecht medio 2019 een opmerkelijke uitspraak: hij geeft beide partijen gelijk. De gemeente had Leen moeten horen in zijn bezwaar en inhoudelijk moeten ingaan op zijn punten. Tegelijkertijd, zo meende de rechter, is de gemeente Amersfoort niet verplicht anders te besluiten op de aanvraag. “Toen heb ik tegen deze uitspraak bij de Raad van State beroep aangetekend. Ik ben nog steeds van mening dat de gronden waarop de primaire vergunning werd afgewezen, niet deugden”.
Afgelopen maand, juni, kwam de uitspraak van de Raad van State en die pakte in het voordeel van de gemeente uit. Die heeft weliswaar procedureel gezien -juridisch dus- juist gehandeld, maar over de invulling van de vergunning heeft de staatsraad geen overtuigend oordeel kunnen vellen. Hiermee kwam een einde aan dit juridische gesteggel met de gemeente. Leen: “Eigenlijk komt de gemeente hier goed mee weg. De bezwaarprocedure is volgens de rechtbank niet goed verlopen, maar de rechter geeft aan dat middelen om de gemeente tot ander inzicht te dwingen ontbreken”.
Spuugzat
Hij heeft zich regelmatig afgevraagd hoe deze zaak zich zo kon ontwikkelen tot een juridische strijd van drie jaar tot aan de het hoogste rechtsorgaan toe. “Hoe komt het dat je als burger zo behandeld wordt door je eigen gemeente? Als men gewoon excuses had aangeboden en mij serieus had genomen in mijn terechte vragen, dan was het anders gelopen”, blikt hij terug. “De procedures gingen mij om rechtvaardigheid. Ook vraag ik mij af hoe het komt dat de gemeente Amersfoort geen onafhankelijke bezwaarcommissie heeft. Het gaat mij erom dat de bewoners ergens terecht moeten kunnen waar onafhankelijk en onpartijdig gekeken wordt naar hun zaak. Bij mij is dat allemaal niet het geval geweest, dus moest ik wel de gang naar de rechter zoeken, maar dit is natuurlijk niet goed voor het vertrouwen van de mensen in een behoorlijk bestuur”.
Rein Leen is al het gedoe na drie jaar strijd spuugzat.
Omdat er geen andere opties voorhanden waren en hij zonder vergunning de onderkant van het dak kon isoleren, zijn daar nu enkele panelen geplaatst. “Maar om tot een energieneutrale woning te kunnen komen, zal een dakopbouw nodig zijn. Er zijn gewoon geen effectieve alternatieven”, aldus Leen die aangeeft dat het vertellen van zijn ervaringen voor hem belangrijk is. “Als je als bewoner niets doet en alles accepteert wat de gemeente doet, gaat er ook niets veranderen. We zijn dit gedoe na drie jaar spuugzat. Het ontbreekt in Amersfoort aan mogelijkheden om je tegenover de gemeente te verantwoorden. De ombudsman doet ook niets, omdat hij het beleid niet kan veranderen”.
Hoe nu verder? Leen: “We gaan samen met de architect kijken of we door een andere isolatie en door aanpassing van de constructie nog een respectabele uitzicht-hoogte kunnen bereiken. Aan welstand moeten we dan maar kennelijk lak hebben”.
WOB-verzoek
Op de achtergrond van de juridische strijd speelde nog iets tussen de gemeente en Leen: “Ik
wilde weten wat er over mij en mijn vergunningaanvraag bij de gemeente bekend was. Ik kreeg uiteindelijk, na heel wat heen en weer contact met verschillende ambtenaren, een paar vellen met mailwisselingen en brieven maar dat vond ik te mager en ergens niet geloofwaardig. Toen heb ik een verzoek gedaan op grond van de wet openbaarheid bestuur om te achterhalen hoeveel correspondentie over mij bekend was bij de gemeente”.
Eerst bleek er geen dossier te zijn. Later wel, toen Leen de provincie als archief-toezichthouder voor de gemeenten vroeg om te checken of het klopte dat er geen dossiers over hem waren. “Toen heb ik opnieuw in oktober vorig jaar een verzoek ingediend met een specialistische jurist. Ik heb het een en ander mogen inzien maar in het dossier ontbraken nog talloze stukken. De logische volgorde ontbrak en ook werd de zogenoemde gegevensverstrekking niet uitgevoerd zoals in de wet openbaarheid van bestuur is vastgelegd”. De hoorzitting van de 24 juni jl. gaat over deze zaak. Leen: “Ook hierbij was het een hoorzitting met interne juristen die nieuw in beeld komen en de historie van deze zaak niet kennen. Ook hier voelt het opnieuw voor mij alsof de slager het eigen vlees keurt”.
Het is nu wachten op een uitspraak in de WOB-kwestie.
Reactie gemeente Amersfoort
De gemeente Amersfoort laat in een reactie via woordvoerder Manolito Buth het volgende weten: “Meneer Leen was het niet eens met de vergunning die hem is verleend. Hij heeft tot aan de Raad van State gebruik gemaakt van de juridische mogelijkheden die hij tot zijn beschikking had om de vergunning gewijzigd te krijgen. Dat is uiteraard ook zijn goed recht. Voor de WOB-procedure die hij vervolgens startte, loopt de bezwaarfase nog. Om die reden gaan we nu niet in op het verzoek om een reactie. Het is ook in het belang van meneer Leen dat we dit eerst netjes afronden. Als de juridische procedure is afgerond, geven we graag alsnog een reactie”.